Hoewel hij wordt vergeleken met Kandinsky, Haring of Miró, heeft Alf een unieke beeldtaal ontwikkeld. Zijn kleurrijke, gelaagde composities zijn speels en levendig, maar ook vol diepte. Ze nodigen uit tot vertraging en herontdekking. Hoe langer je kijkt, hoe meer het werk teruggeeft.
Voor De Groene Afslag transformeerde hij de hotelkamer tot een levend landschap. Alf gelooft dat de natuur altijd overwint. Want als er één ding is dat onze verbeelding te boven gaat, dan is het wel de natuur. De natuur blijft veranderen, verrassen, zich aanpassen en groeien …
Net als Alfs intuïtieve tekenstijl. “Ik pak een kwast en begin ergens,” zegt hij. “Elke lijn inspireert de volgende.”
Zoals al zijn werk heeft ook deze kamer geen boven of onder. Het is een ruimte om in te dwalen, te vertragen en opnieuw te kijken. Een ruimte die voelt als een ontdekkingstocht. Of zoals Alf het verwoordt: “Een plek waar ik zelf graag zou willen wonen.”
Zijn ontwerp gaat over groei – van natuur en verbeelding – maar ook over opgroeien, de toekomst. Gezien Alf zijn jonge leeftijd, zijn toekomst. Waarom doen grote mensen dan nog steeds alsof het niet dringend is? Het is tijd dat volwassenen zich gaan gedragen als echte volwassenen.